Linda de Bruin en Ellen Vaessen

‘Een goede informatiemanager vertelt het eerlijke verhaal’

‘Een goede informatiemanager is eigenlijk een eeuwige student. Je moet nieuwsgierig zijn, vragen durven stellen en je kwetsbaar opstellen. Het is belangrijk dat je je goed in kunt leven in de docent die er vooral vanuit de passie voor de student inzit. Een docent kan bijvoorbeeld verzuchten: ‘Natuurlijk wil ik alles correct en veilig invoeren in elke applicatie, maar de student die verdrietig naast me staat, de groep die vol energie van het sportveld komt, de beginnende collega die geen leeg lokaal kan vinden en het telefoontje met de zorg coördinator moeten ook allemaal. Dan gaat het soms mis’.

Van docent naar IT-dienst

Informatiemanagers die ook voor de klas (hebben-) gestaan zijn cruciaal voor de digitale transformatie waar het onderwijs aan werkt. Linda de Bruin (mboRijnland) en Ellen Vaessen (ROC van Amsterdam-Flevoland) zijn zulke Bruggenbouwers. Linda werkte twee jaar geleden als docent rekenen en gezonde leefstijl, Ellen was zeven jaar geleden docent anatomie op MBO College Almere. Bij de koffie en thee vertellen zij hoe zij deze carrière-switch hebben ervaren.

Wat beweegt een docent om bij de IT-dienst te gaan werken?

Docenten die deze overstap maken hebben van nature veel affiniteit met digitaal werken, pluizen applicaties uit op hun nut en toegevoegde waarde in het werk of voor de klas. Ze zien het belang van goed ingerichte systemen en de structuur die dit biedt. Soms speelt ook frustratie een rol; dit kan echt beter, moet anders! Vanuit hun nieuwsgierigheid en passie krijgen ze vaak een rol of taak op digitaliseringsgebied in hun team, en komen zij in gesprek met collega’s van de centrale dienst. Ze pakken door, laten zich horen, stellen misschien lastige vragen. Een slimme directeur of manager van de IT-dienst waardeert hun waardevolle perspectief.

Wat is kenmerkend voor dit ontwikkelpad?

De gemiddelde docent denkt in de eerste jaren vooral aan de eigen studenten, werk, vak, lokaal. Het is een intensief beroep met veel verschillende taken waarin niet altijd tijd is om boven de eigen context uit te kijken. Na verloop van tijd verbreedt de blik van de professional zich naar het hele onderwijsteam, het verbeteren van de synergie tussen vakgebieden en jaarlagen, de opleiding als geheel of zelfs het hele domein. Als het gaat over IT-applicaties en systemen van een school dan ontstijgt dit de opleiding en meestal zelfs het domein of het college, de oplossingen moeten namelijk werken voor de hele organisatie. Duizenden docenten en tienduizenden studenten kunnen er last van hebben als iets niet goed functioneert. Wij moeten daarom secuur, verstandig en veilig te werk gaan. Die verantwoordelijkheid voelen collega’s in het onderwijs niet altijd, in de IT is dit vanzelfsprekend noodzakelijk.

Kun je voorbeelden noemen?

Tijdens het testen van een nieuwe applicatie die enorm tijdbesparend gaat zijn kan deze halverwege de ontwikkeling al zoveel beter zijn dan de oude situatie, dat de docent eigenlijk al best tevreden is. ‘Kom maar door, dit scheelt mij dagen werk’. Maar wij willen graag dat het zo perfect mogelijk werkt en er geen verborgen fouten in het systeem zitten. Die ene docent kan dat voor zichzelf wel overzien maar realiseert zich onvoldoende wat de gevolgen kunnen zijn van een te haastige implementatie. Dit verschil in tempo kan wrijving opleveren. Daarnaast wil een docent bijvoorbeeld graag de studenten motiveren en experimenteren met leuke nieuwe digitale werkvormen. Leveranciers van allerlei onderwijstools spelen daar handig op in. Een docent kan dan onbedoeld de keuze maken voor het downloaden van een tool die niet veilig te gebruiken is waardoor bijvoorbeeld persoons- of toegangsgegevens in verkeerde handen kunnen komen.

Is de IT-wereld echt zo anders?

‘Net als in het onderwijs, regent het in de IT van de afkortingen. Ik spreek nog niet vloeiend Ooapi (open standaard voor het delen van onderwijsdata) en vond het soms lastig om een goed gesprek te kunnen voeren met de experts die diep gaan in hun vakgebied. Dan moet ik echt even vragen om vertaling of uitleg. Iemand legde de API uit als een soort snelweg maar daar kon ik niet mee uit de voeten. Een ander legde het uit als een soort stopcontact waar de stekkers in moeten passen. Als die niet passen dan is een heel bouwwerk nodig als work-around. Een IM moet van alle onderwerpen en trends genoeg weten om een goed gesprek te kunnen voeren en advies uit te brengen’.

Wederzijds luisteren en meedenken

Wat je ook echt moet leren, is ‘hoe de hazen lopen’. Hoe steekt het formele en het informele organogram van de organisatie in elkaar, wie gaat waarover? En als je dan de juiste persoon spreekt, dan moet je je taal en informatie kunnen aanpassen aan de context en het werk van de gesprekspartner. Een directeur heeft nu eenmaal een ander belang dan een opleidingsmanager of individuele docent, daar komt onze vroegere ervaring met differentiëren tussen studenten goed van pas. Soms is de beste oplossing voor de hele organisatie, niet de beste oplossing voor een individueel probleem. Wat ten alle tijden belangrijk is, is het voeren van een eerlijk gesprek waarin iedereen zich dient te verplaatsen in het perspectief van de ander. Soms moet je eerlijk zeggen dat iets niet kan maar dan wel goed uitleggen hoe het zit.

Hoe helpt jouw achtergrond als docent?

Een IT-er die vooral vanuit techniek en logica redeneert kan een te beperkt beeld hebben van hoe het in het onderwijs gaat. Bij een examenproces denkt hij bijvoorbeeld dat alle examens standaard verlopen zoals een theorie-examen bij Nederlands en rekenen. Dat praktijkexamens een totaal ander proces kennen met veel meer variabelen moet je eigenlijk meemaken. Het examenonderdeel ‘zwachtel een been’ is wellicht afhankelijk van het moment dat er überhaupt een been gezwachteld dient te worden. Het ‘vierogen-principe’ om toe te zien op de handeling kan dan ook een uitdaging zijn:-). Dat heeft dus invloed op een examenproces, wij weten dit al vanuit ons vorige werk. We begrijpen daardoor de dynamiek waar een docent mee te maken heeft.

Wat vind je eigenlijk van je huidige baan?

Linda: ‘Als docent ben je niet altijd bij machte om de digitale kant van het werk in voldoende mate te beïnvloeden. Als informatiemanager mag ik de mouwen opstropen en aan oplossingen werken voor alle collega’s in onze instelling. Extra tof is dat ik niet alleen binnen onze eigen organisatie maar ook met mijn collega’s uit heel Nederland samenwerk en meedenk aan oplossingen, we bundelen echt onze krachten om impact te maken in de landelijke digitale transformatie’. Ellen: ‘Elk team werkt vanuit een eigen visie, als IM-er kijk je (ook-) naar het bredere plaatje en belang van de hele organisatie. Ik vind het een interessante uitdaging om onze ondersteuning zo in te richten dat we recht doen aan beiden. In vergelijking met de docentrol mis ik vooral het studentcontact met de bijbehorende openheid, eerlijkheid, verhalen, lol en gekkigheid’.

Ellen en Linda, dank jullie wel voor het leerzame gesprek!